Ik ben een vrouw

Ik ben een vrouw, en da`s heus geen pech,

Heb geen last van agressie als ik rijd op de weg

Ik laat tenminste geen lampen aan voor nop

En ruim al mijn rotzooi achter me op

Als ik iets zoek, vind ik het in 1 keer!

Kan tegelijkertijd bellen, koken en nog veel meer!

Van een griepje is bij mij niet veel te merken

Ik neem een aspirine en ga gewoon werken

Ik hou me bezig met echt belangrijke vragen

In plaats van te jammeren om de voetbaluitslagen!

Al is vrouw zijn dan een enorme zegen,

Helaas houdt `De Man` onze ontwikkeling tegen!

Hem aan zijn lot overlaten is misschien een makkie

Maar wie strijkt dan zijn overhemden en kookt zijn prakkie?

Dat is niet het ergste in dit geval

Wat echt irritant is bij mannen: hun gebral

Ze denken zelf de beste te zijn

Vooral spotten met vrouwen vinden ze fijn

Uiteraard laten we ze in de waan

Want de waarheid kunnen ze psychisch niet aan:

Mannen zijn eigenlijk nog een kind

Dat spelen met auto`s het einde vindt,

Die een potje gaat vechten als hun club verliest,

Computerspelletjes speelt en maar aan knoeit als ie piest.

Nee, mannen willen de waarheid niet horen:

Zonder een vrouw zijn ze verloren!